De gletsjermummie Ötzi, die in 1991 in de Italiaanse Alpen werd gevonden, had 5300 jaar geleden al een stukje tondel in zijn houten tondeldoos, zodat hij vuur kon maken. Heeft men het materiaal eenmaal aangestoken, dan kan het dagenlang blijven gloeien in een afgesloten doos. Bij moderne survivaltrainingen kan men dit weer leren. Of de overlevers dan ook zo'n mooi hoedje leren maken, valt weer te bezien, want de bewerking vraagt veel geduld en vakmanschap en derhalve zijn de tondelhoedjes gewilde producten: moeilijk om aan te komen!
In ons land is de Echte tonderzwam inmiddels geen ongewone verschijning meer. Dat was dertig jaar geleden nog anders: de soort was zeldzaam in het oosten van het land en groeide daar op onbereikbare berken in veengebieden. In het westen was hij nog zeldzamer, waar hij alleen op sommige landgoederen gevonden kon worden op een enkele oude beuk. Een tijdlang werd gedacht dat het om ondersoorten ging, ook nog geografisch van elkaar gescheiden: de paddenstoel op beuk was wellicht niet dezelfde soort als die op berk... Sinds de jaren 1980 is het bosbeheer ingrijpend veranderd. Dood hout mag blijven staan of liggen en om de variatie in opstanden te bespoedigen worden bomen zelfs "geringd" of omver getrokken, zodat zij sterven en voedsel en ruimte geven aan andere organismen en zaailingen. Ineens zie we een toename van de Echte tonderzwam in het hele land, zowel op berk als op beuk en tussen oost en west is er geen verschil meer. Echte tonderzwammen zijn, zoals zoveel paddenstoelen, erg variabel. Jonge, groeiende exemplaren hebben een beigegrijze bovenzijde en aan de onderkant een spierwit hymenium dat uit zeer fijne poriën bestaat. Dit hymenium verkleurt al snel naar beige. Meerjarige exemplaren zijn licht- tot loodgrijs; oude exemplaren kunnen in de winter bij regen zelfs volledig zwart zijn. In de herfst ontwikkelt zich aan de onderkant een nieuwe buisjeslaag. De groeirand van de paddenstoel is dan vaak geel tot diep oranje aan de bovenzijde en contrasteert dan mooi met het grijs van de oudere delen. De sporen worden pas in het voorjaar gevormd: in maart/april. Ze zijn wit, zodat de paddenstoelen en de boombast er witbestoven uit zien. De Echte tonderzwam infecteert levende, maar verzwakte bomen en veroorzaakt daarin witrot. Dit leidt al na enkele jaren tot stambreuk. Kenmerkend in oudere bossen zijn de rechtopstaande stronken van afgebroken bomen van enkele meters hoog met daarop tientallen echte tonderzwammen. Omdat de zwam meerjarig is, blijft hij ook nieuwe buisjeslagen vormen nadat de stam is omgevallen. Deze nieuwe lagen groeien vaak haaks op de oudere, omdat de positie van de zwam is veranderd en de buisjes recht naar beneden willen groeien. Dit wordt geotropie genoemd. Tekst: Aldert Gutter, foto's: Aldert Gutter, Wob Veenhoven, Gio van Bernebeek & Menno Boomsluiter. |
|
Bekijk ook het paddenstoelenportret van de Echte tonderzwam op deze website! Zie voor verspreidingsinformatie over de Echte tonderzwam verder: |